Klimaat en ruimte in Miljoenennota 2023

21 september 2022

Klimaat en ruimte in Miljoenennota 2023

Vooral veel aandacht voor energietransitie, aankondiging meer verplichtende maatregelen

Foto: in 2014 aanbieding van petitie voor krachtig en consistent energiebesparingsbeleid door o.a. Dick Tommel en Annemarije Tillema (Spaar het Klimaat), Sible Schöne (Hier), Rob van Boxtel (VENIN) aan Kamercommissie voor Financien, o.a. Helma Nepperus (VVD) en Henk Nijboer (PvdA).

Achteraf praten is natuurlijk makkelijk: Als er in 2010 -toen deze stichting concrete voorstellen deed voor beleidsmaatregelen met meer verplichtend karakter- sneller en rigoreuzer werk van was gemaakt door de rijksoverheid, zaten miljoenen nederlanders nu niet of minder in onzekerheid over hun energierekening en comfort. Overigens zijn een paar voorstellen wel overgenomen, maar net zo makkelijk weer teruggedraaid of gewijzigd. Vanwege die onzekerheid konden marktpartijen niet substantieel investeren in opleidingen en uitbouw van hun bedrijven.

Dé uitdaging van onze (vorige?) generatie

Klimaatverandering is dé uitdaging van onze generatie’, stelt het kabinet in de Miljoenennota 2023. Nederland wil klimaatneutraal en circulair worden in 2050. Daarom wordt het CO2-reductiedoel voor 2030 in de Klimaatwet aangescherpt van 49 procent tot een vermindering van 55 procent, in lijn met het coalitieakkoord. Bij de uitwerking van het klimaatbeleid wil het kabinet zich echter richten op een reductie van 60 procent, ‘zodat ook bij tegenvallers de 55 procent niet in het geding komt’.

Klimaatfonds 35 miljard

Om het aangescherpte doel te bereiken heeft het kabinet een Klimaatfonds opgezet van 35 miljard euro voor de komende tien jaar. Het kabinet werkt momenteel aan een wet waarin de spelregels van dit fonds staan. Er wordt in ieder geval op korte termijn 4 miljard euro vrijgemaakt voor ‘urgente projecten’, zoals het stimuleren van wind op zee (180 miljoen) en waterstof (145 miljoen).

Meer regels, minder subsidie

Daarnaast reserveert het kabinet 529 miljoen euro om ervoor te zorgen dat de uitvoering van het klimaat op tempo blijft. Met dat geld worden bijvoorbeeld decentrale overheden ondersteund die de plannen moeten gaan uitvoeren.

Verder beschrijft de Miljoenennota hoe het Rijk meer wil inzetten op 'normerende afspraken'. Duidelijke spelregels verminderen de noodzaak van subsidies, redeneert de staat. Daarom worden de subsidies met 880 miljoen euro verlaagd. Wat de normerende afspraken precies inhouden blijft nog onduidelijk.

Verduurzaming gebouwde omgeving

De verduurzaming van de gebouwde omgeving is in de eerste plaats gericht op isolatie. Met het Nationaal Isolatieprogramma richt het kabinet zich het isoleren van 2,5 miljoen woningen tot en met 2030 en het vervangen van oude cv-ketels door alternatieven, zoals hybride warmtepompen. Ook gaat het kabinet kwetsbare huishoudens ondersteunen die hun woning willen verduurzamen waardoor ze energie kunnen besparen. In 2023 en 2024 wordt hiervoor 300 miljoen beschikbaar gesteld in het Nationaal Isolatieprogramma. 

Ingrijpen om energielasten te verminderen

Verder stelt het kabinet budget beschikbaar om kwetsbare huishoudens een energietoeslag uit te keren. Hiervoor word 1,4 miljard gereserveerd waarbij het kabinet uitgaat van 1.300 euro per huishouden.

In de nota stuurt het kabinet nog aan op een verlaging van de belastingtarieven op energie. Deze maatregel wordt echter geschrapt omdat er een paar dagen geleden is gekozen voor een prijsplafond voor gas en elektriciteit. Voor 1200 kubieke meter gas en 2400 kilowattuur elektriciteit wil het kabinet maximale prijzen van 1,50 euro per kuub gas en 70 cent per kilowattuur.

De verlaging op brandstofaccijns blijft bestaan in ieder geval tot juni 2023 gelden.

Belastingen

Verder wil het kabinet met belastingen activiteiten beprijzen die milieuvervuiling en klimaatverandering veroorzaken. Zo gaat in 2023 de vliegbelasting omhoog en worden belastingen van 2024 geleidelijk verschoven van elektriciteit naar gas. Verder scherpt het kabinet de CO2-heffing voor de industrie aan. Deze heffing zorgt ervoor dat de industrie een minimumprijs betaalt voor vermijdbare uitstoot van CO2. Eerder was dit tarief 128 euro per ton CO2 in 2030. Het PBL adviseerde eerder dit jaar dat waarschijnlijk een tarief van 175 euro per ton in 2030 nodig is om het nieuwe reductiedoel van 55 procent te halen.

Tot 2030 ruim 5 miljard euro voor uitvoering klimaat- en energiebeleid

Meer geld voor de aanleg van warmtenetten. Een naar voren geschoven storting (70 miljoen uit 2027) in het Nationaal Isolatie Programma. Extra budget voor gemeenten en provincies om personeel te werven dat de energietransitie moet gaan begeleiden. De aanpak van de energiecrisis is leidend in de op Prinsjesdag  gepresenteerde plannen voor het ruimtelijk domein.

Extra handjes

In totaal 5,6 miljard euro kunnen gemeenten en provincies tot en met 2030 tegemoet zien om de mensen aan  te trekken die het energie- en klimaatbeleid vlot moeten trekken. Dat begint volgend jaar bescheiden met bijna 300 miljoen, maar het loopt op tot bijna 800 miljoen in 2026.

Warmtenetten

Die mensen zijn hard nodig, bijvoorbeeld om de aanleg van warmtenetten mogelijk te maken, waarvoor komend jaar 200 miljoen euro beschikbaar komt. Het Nationaal Programma Isolatie om koop- en huurwoningen te isoleren krijgt volgend jaar een extra impuls. Een kleine 70 miljoen die voor 2027 was bedoeld wordt naar voren gehaald. Daardoor is in 2023 250 miljoen euro beschikbaar. Vanaf volgend jaar kunnen gemeenten hiervoor plannen indienen.

Nieuw programma

Het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW) en het Expertise Centrum Warmte (ECW) gaan in 2023 over in het Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (NPLW). Dit programma moet gemeenten in de volle breedte van de warmtetransitie in de gebouwde omgeving gaan ondersteunen.  Onderdeel van dit NPLW is een regionale ondersteuningsstructuur, die volgend jaar voor het eerst moet gaan werken.

Stikstof 

Het kabinet blijft vasthouden aan zijn stikstofbeleid en wil de uitstoot de komende jaren fors verminderen. De aanpak hiervoor wordt ondersteund door het ‘Transitiefonds landelijk gebied en natuur’ ter grootte van 24,3 miljard euro voor de periode tot 2035. Ook hier verkiest de staat normerende afspraken in plaats van subsidies. De subsidiepot uit het Transitiefonds wordt daarom met 660 miljoen euro verlaagd.

Het Rijk maakt nu al 504 miljoen euro vrij uit dit fonds om provincies op korte termijn te helpen om stikstofuitstoot te verminderen en de kwaliteit van water en natuur te verbeteren. Daarnaast wordt 250 miljoen beschikbaar gesteld om het legalisatieprogramma voor zogenoemde PAS-melders te versnellen.

Grootschalige bouw

Er moet ook nog worden gebouwd in Nederland. Het aantal beschikbaar komende nieuwbouwwoningen zal volgend jaar vooral moeten worden opgekrikt via een aantal grootschalige woningbouwgebieden, doorgaans de zogenaamde NOVEX-locaties. Gemeenten in deze gebieden kunnen voor deze gebiedsontwikkelingen in 2030 in totaal 475 miljoen euro tegemoet zien, beschikbaar gesteld via een specifieke uitkering.

Binnensteden

Kleiner bier is de 100 miljoen die het kabinet steekt in ‘het realiseren van toekomstbestendige winkelgebieden en vitale binnensteden’. ‘Voor deze Impulsaanpak was dit jaar zo’n 9 miljoen euro beschikbaar. De komende jaren wordt dat tot gemiddeld zo’n 20 miljoen euro opgehoogd. Om daarvoor in aanmerking te komen, moeten gemeenten plannen gericht op renovatie, sloop of nieuwbouw (of andere investeringen) in de openbare ruimte van winkelgebieden.

Omgevingswet

Nog veel kleiner bier, maar toch opvallend, is het stijgende budget dat aan het programma Aan de slag met de Omgevingswet wordt toegekend. Dat stijgt van 2 miljoen in dit jaar naar ruim 8 miljoen in de komende drie jaar. Het extra budget dient ter ondersteuning van gemeenten, provincies en waterschappen bij de invoering en implementatie van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO): bijeenkomsten, workshops, webinars en verder ook handleidingen en voorlichtingsmateriaal. Ook dient het geld om opdrachten te kunnen verstrekken voor onderzoek en evaluatie.

Bronnen: Rijksoverheid, Martin Hendriksma (Binnenlands Bestuur), Teun Schreuder (ChangeInc), bewerking VOOA.

Datum:  21 september 2022