Komende jaren steeds minder budget voor energietransitie en verduurzaming gebouwen

21 september 2021

Komende jaren steeds minder budget voor energietransitie en verduurzaming gebouwen

Na 2021 een scherpe daling in het uitgavenpatroon van Binnenlandse Zaken verwacht

Bron: Rijksoverheid | 21-09-2021 | 15:15

Het kabinet maakt ruim 1,3 miljard euro vrij voor de verduurzaming van woningen en gebouwen: ongeveer een half miljard voor een nationaal isolatieprogramma, een kwart miljard voor de toepassing van warmtepompen en een half miljard voor het verduurzamen van maatschappelijk vastgoed. Daarnaast worden gemeenten en energieregio’s financieel ondersteund bij de uitvoeringskosten van het Klimaatakkoord.

In Nederland wordt veelal aardgas gebruikt om gebouwen te verwarmen. Maar aangezien aardgas gepaard gaat met CO₂ uitstoot willen we in 2050 niet meer afhankelijk zijn van  aardgas.

Minister Ollongren (BZK): 'Met het extra geld kunnen we veel mensen die hun woning energiezuiniger willen maken een goede steun in de rug bieden. Het mes snijdt aan twee kanten: door te isoleren wordt CO₂ bespaard en het zorgt voor een lagere energierekening.'

Isoleren en hybride warmtepomp

Om het verbruik van aardgas te verminderen is het van belang om gebouwen goed te isoleren. Het kabinet heeft daarom 514 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een nationaal isolatieprogramma dat erop gericht is versnelling aan te brengen in het isoleren van woningen. Dit geld is er voor zowel koop- als huurhuizen en speciaal bedoeld voor het verbeteren van huizen die nu nog een slechte energieprestatie hebben. Daar is met goede isolatie veel winst mee te behalen. Bewoners worden daarom bij het nemen van isolatiemaatregelen verder ondersteund, bijvoorbeeld met vouchers.

Voor hybride warmtepompen trekt het kabinet 288 miljoen euro uit. Een hybride warmtepomp is een cv-installatie die zowel via gas als via elektriciteit warmte kan produceren. Door deze combinatie kan het huis op een meer duurzame en efficiënte manier worden verwarmd. De cv-ketel hoeft alleen bij te springen als het buiten heel koud is of als er warm water nodig is in de badkamer en keuken. De hybride warmtepomp is voor veel situaties een goede stap op weg naar aardgasvrij.
 

Maatschappelijk vastgoed

Daarnaast wordt 525 miljoen euro vrijgemaakt voor het verduurzamen van maatschappelijk vastgoed. Dit geld wordt gebruikt om de verduurzaming van zowel rijksvastgoed (bijvoorbeeld gebouwen van politie, justitie en defensie), als gemeentelijk vastgoed (bijvoorbeeld ziekenhuizen en scholen) een impuls te geven. 

Verdere ondersteuning

De genoemde middelen zullen in 2022, 2023 en 2024 beschikbaar gaan komen. Hiermee, maar ook met geothermie en aquathermie projecten die onder andere gefinancierd worden met een extra reservering van 3 miljard euro voor de SDE++, komt het duurzaam en betaalbaar kunnen verwarmen van woningen en andere gebouwen een stuk dichterbij.

Tenslotte wordt in de miljoenennota in 2022 70 miljoen euro voor gemeenten ter beschikking gesteld om hen tegemoet te komen met de uitvoeringskosten van het Klimaatakkoord. Zo’n 20 miljoen euro van dit bedrag is beoogd voor het werk aan de Regionale Energie Strategieën.

Analyse ikspaarhetklimaat.nl

Op basis van beleidsteksten én de cijfers in de begroting

Uit het verleden is gebleken dat teksten een hoge mate van 'algemeenheid' bevatten, en dat het nuttig is om de concrete cijfers er naast te leggen, op basis waarvan die samenhang tussen tekst en cijfers kan worden bezien. Het helpt als de teksten in een tijdsperspectief worden gezet. 

Eerst maar even de totale uitgaven van het beleid van BZK: de energietransitie in de gebouwde omgeving, waaronder subsidies, uitvoeringskosten en bijdragen aan gemeenten en provincies die ook een deel uitgeven aan subsidies en uitvoeringskosten. 

Uit deze gegevens blijkt dat in 2021 een top wordt bereikt voor de uitgaven in het kader van Energietransitie en duurzaamheid (artikel 4.1 van de begroting van het ministerie), als tenminste de eenmalige grote 'correctie' in het kader van het gemeentefonds (ca. 105 miljoen), die -voor zover wij konden achterhalen in de teksten- niets of weinig te maken heeft met duurzaamheid of energietransitie in 2022. Die is hierin weggelaten.

Wel rekenen wij nog mee de eenmalig hoge uitgaven voor ventilatie in scholen (183 miljoen), die in 2021 staan genoteerd. Strikt genomen hebben ook die uitgaven meer te maken met gezondheid van leerlingen en COVID19 aanpak, dan met energietransitie en duurzaamheid in termen van milieu. De ventilatieverbetering leidt vooral tot lagere CO2-concentraties in schoollokalen, en waarschijnlijk ook nog tot een hogere energierekening en meer CO2-emissies bij de produktie van die elektriciteit.

Subsidies

Deze bedragen zijn inclusief alle subsidies, voor aardgasvrij maken van wijken (waar nauwelijks energie mee schijnt te worden bespaard, laat staan dat er woningen in grote getalen van het aardgas worden afgekoppeld. Zie daarvoor elders op deze nieuwssite, bijvoorbeeld hier.

De teksten uit de begroting treffen we ruim voordat we bij de cijfers aankomen, reeds aan. Ik citeer:

"Om mensen mee te nemen in de transitie werken we dicht bij de mensen aan verduurzaming, in de wijk. Met het Programma Aardgasvrije Wijken doen we kennis en ervaring op met de wijkgerichte aanpak. Daarmee leren we hoe we de aanpak kunnen inrichten en opschalen. Dat doen we met proeftuinen en een kennis- en leerprogramma. Inmiddels zijn circa 65 proeftuinen begonnen. We hebben de ambitie om woningen en andere gebouwen in de proeftuinen ook daadwerkelijk aardgasvrij (ready) te maken. De geselecteerde gemeenten ontvangen een bijdrage om het onrendabele deel te financierenzodat bewoners een betaalbaar aanbod krijgen. Het geld is vooral voor isolatie en andere CO2-reducerende maatregelen. We willen bewoners goed betrekken en zoveel mogelijk synergie bereiken met andere opgaven in de wijk. We vinden het belangrijk om goed te kijken naar de voortgang. We maken de resultaten via een dashboard inzichtelijk en informeren de Tweede Kamer jaarlijks (Kamerstukken II 2020/21, 32847, nr. 739). In 2022 voeren we een brede onafhankelijke evaluatie uit."

Net als bij het aardgasvrij maken van wijken hebben gemeenten en andere medeoverheden ook bij andere delen van het klimaatbeleid een belangrijke rol. We ondersteunen medeoverheden om reeds gestarte werkzaamheden in 2022 door te zetten. Het gaat onder andere om kosten voor de Regionale Energiestrategieën (RES), nationaal programma RES, uitrol van laadpalen, energieloketten en uitvoeringsplannen (wijkgerichte aanpak).

Ook individuele gebouweigenaren kunnen bijdragen aan de transitie. In 2022 ondersteunen we dit individuele spoor met financierings-en ontzorgingsarrangementen en subsidie. Een groeiend aantal gebouweigenaren investeert zelf of samen met anderen in verduurzaming, om te besparen op de energierekening of om zich alvast voor te bereiden op verwarming zonder aardgas. Dit kan bijvoorbeeld al met hybride warmtepompen. We zetten ons in om een breed palet aan aantrekkelijke, toegankelijke en verantwoorde financieringsmogelijkhedente realiseren. Zo kan iedereen een vorm vinden die in de eigen situatie past. Voor huiseigenaren is er een warmtefonds en zijn de drempels verlaagd om verduurzaming via de hypotheek te financieren.Van 2022 tot en met 2024 zal het kabinet middelen beschikbaar stellen voor het stimuleren van hybride warmtepompen, een nationaal isolatieprogramma en verduurzaming van maatschappelijk vastgoed. 

De huursector ondersteunen we met regelingen gericht op aansluiting van huurwoningen op warmtenetten (de Stimuleringsregeling aardgasvrije huurwoningen (SAH)) en op kostenreductie en opschaling door innovatie (de Renovatieversneller). Daarnaast geven we samen met partijen uit de utiliteitsector richting aan de verduurzaming via streefdoelen, routekaarten en eindnormen. Dit moet ertoe leiden dat op termijn alle gebouwen een lager energieverbruik hebben en van duurzame energie worden voorzien: via warmtenetten, via volledig elektrische oplossingen, of via hybride vormen met duurzaam gas."

Om corporaties en grote particuliere verhuurders tegemoet te komen voor deze huurbevriezing verlagen we de verhuurderheffing.Voor andere particuliere verhuurders stellen we regelingen open voor verduurzaming en onderhoud (Kamerstukken II 2020/21, 27926, nr. 338). De regelingen voor particuliere verhuurders lopen vier jaar en worden daarna geëvalueerd.

C. Beleidswijzigingen (pagina 63 en verder)

Het beleid ten aanzien van de gebouwde omgeving staat de komende jaren vooral in het licht van de in Parijs afgesproken doelstellingen in 2050 van de reductie van CO2(-emissies) in de gebouwde omgeving. Daarvoor wordt zowel nationaal als Europees beleid geïmplementeerd.

Uitvoering Klimaatakkoord gebouwde omgeving

Het jaar 2022 staat in het teken van de verdere uitvoering van het brede pakket aan maatregelen dat is afgesproken in het Klimaatakkoord in 2019 ter ondersteuning van woning- en gebouweigenaren, huurders, verhuurders en gemeenten:

In 2021 hebben gemeenten de transitievisies warmte vastgesteld. In 2022 gaan gemeenten – conform de afspraken in het Klimaatakkoord - aan de slag met het concretiseren van de transitievisies warmte in uitvoeringsplannen per wijk of buurt, met betrokkenheid van bewoners en stakeholders (Kamerstukken II 2019/20, 32813, nr. 437). Het uitvoeringsplan beschrijft voor één of meerdere buurten of wijken op welk duurzaam alternatief deze buurt(en) of wijk(en) overgaan en per wanneer, en welke maatregelen nodig zijn om tot de gewenste situatie te komen. Bij het opstellen van de uitvoeringsplannen wordt de gemeente ondersteund door het Expertise Centrum Warmte (ECW) en door het Kennis- en Leerprogramma (KLP) van het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW).

De Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen (SAH) is bedoeld voor de versnelling en opschaling van de aansluiting van huurwoningen op warmtenetten. Vanaf 1 oktober 2021 kunnen ook gemengde VvE’s een aanvraag indienen, zodat subsidiëring van warmtenetaansluitingen ook voor deze groep beschikbaar, vindbaar en gelijkwaardig (aan verhuurders) is. Voor corporaties en particuliere verhuurders worden warmtenet projecten beter gestimuleerd, omdat ook de elektrische kookvoorziening subsidiabel is en indieners meer vrijheid hebben om activiteiten (zoals de installatie van een individuele afleverset)zelf op te pakken in plaats van het warmtebedrijf dit te laten doen (Staatscourant 2021, 35905).

Per 1 juli 2021 zijn de huren in de gereguleerde sector bevroren om huurders door de coronacrisis heen te helpen. Daarom wordt voorzien in een tegemoetkoming voor verhuurders. Voor verhuurders met meer dan vijftig eenheden zal de tegemoetkoming via een tariefsverlaging van de verhuurderheffingworden vormgegeven. Voor kleinere verhuurders in de gereguleerde sector is het uitgangspunt dat zij worden ondersteund in hun uitgaven voor verduurzaming en onderhoud enerzijds en de nieuwbouwopgave anderzijds. Voor beide doelen wordt een subsidieregeling opgezet (Kamerstukken II 2020/21, 27926, nr. 338). Het Ministerie van BZK werkt aan de subsidieregeling voor verduurzaming en onderhoud, waarvoor structureel € 40 mln. per jaar beschikbaar is. Het streven is om deze regeling per 1 januari 2022 in werking te laten treden.

Het Nationaal Warmtefonds biedt met budget van het Rijk en private geldverstrekkers langjarige financieringtegen aantrekkelijke voorwaarden aan voor alle woningeigenaren en voor Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) die hun woningen verduurzamen. Het Warmtefonds biedt sinds de zomer van 2021 ook de Energiebespaarhypotheek aan voor woningeigenaren zonder leenruimte (Kamerstukken II 2020/2021, 32813, nr. 667). Deze Energiebespaarhypotheek is een speciaal voor deze doelgroep ontwikkeld maatwerkproduct en is beschikbaar in wijkaanpakken van gemeenten en aanpakken van corporaties met ‘gespikkeld bezit’ (koop en huur door elkaar).

VvE’s kunnen nog tot 1 januari 2023 subsidie aanvragen voor isolatiemaatregelen en energieadvies via de Subsidie Energiebesparing Eigen Huis (SEEH, Kamerstukken II 2020/2021, 32813, nr. 667). Per 1 januari 2022 kunnen VvE’s via de SEEH-regeling ook subsidie krijgen voor een advies voor de realisatie van laadinfrastructuur.

Om opschaling bij verduurzaming van woningen te bevorderen met het oog op kostenreductie, is de Renovatieversneller opgezet in 2020. De Renovatieversneller bestaat uit een zesjarig ondersteuningsprogramma (€ 30 mln.) en een vierjarige subsidieregeling (€ 100 mln.). Omdat bij de eerste tender in 2020/2021 bleek dat geen van de inschrijvingen voldeed, wordt de regeling aangepast en de aansturing van het ondersteuningsprogramma verbeterd. Een aangepaste regeling zal in 2022 worden opengesteld en uitbetaling is in 2022 (en verder) voorzien. 

Programma aardgasvrije wijken (PAW)

Inmiddels zijn 46 proeftuinen geselecteerd waarin wordt geleerd hoe de wijkgerichte aanpak moet worden ingericht en opgeschaald. In 2021/2022 is een derde en laatste ronde proeftuinen voorzien. Met een uitgebreide monitoring volgt het programma de voortgang van de proeftuinen en haalt zo de lessen en knelpunten op. Jaarlijks wordt gerapporteerd aan de Tweede Kamer over de voortgang. In 2020 is het PAW tussentijds geëvalueerd (Kamerstukken II 2020/21, 32847, nr. 684), in 2022 volgt een uitgebreide evaluatie van het programma.

Ontzorging van gebouweigenaren

In het Klimaatakkoord zijn verschillende maatregelen opgenomen gericht op ontzorging. Daartoe wordt in 2022 een landelijk digitaal platform gelanceerd waar gebouweigenaren onafhankelijke informatie kunnen vinden over verduurzamingsmaatregelen, besparingseffecten, subsidie- en financieringsmogelijkhedenen duurzame aanbieders en financierskunnen vinden. Daarnaast wordt onderzocht hoe ontzorgende concepten verder doorontwikkeld en opgeschaald kunnen worden. In de markt wordt onder andere bezien of er een gedragscode kan komen voor aanbieders van integrale maatregelenpakketten en ontzorgende concepten om op het landelijk digitaal platform aan te bieden.

Verduurzamen utiliteitsbouw commercieel en maatschappelijk vastgoed

Zoals afgesproken in het Klimaatakkoord, komt er een eindnorm waaraan alle bestaande utiliteitsbouw in 2050 zal moeten voldoen. Streven is om deze norm eind 2021 bekend te maken, zodat gebouweigenaren ruim de tijd hebben om op een natuurlijk moment hun gebouw naar die norm te brengen. In 2022 wordt voor het eerst gerapporteerd over de voortgang van de routekaarten Maatschappelijk Vastgoed. Grote gebouweigenaren binnen het maatschappelijk én commercieel vastgoed worden gestimuleerd om portefeuilleroutekaarten op te stellen, waarin de verduurzamingsstrategie en –aanpak worden vastgelegd en geïntegreerd in hun meerjarenonderhoudsplanningen. Een andere afspraak uit het Klimaatakkoord is de harmonisatie van wet- en regelgeving op het gebied van energiebesparing voor de utiliteitsbouw. In 2022 wordt intensief samengewerkt met het Ministerie van EZK om de maatregelenlijsten in het Besluit activiteiten leefomgeving en het Besluit bouwwerken leefomgeving goed op elkaar aan te laten sluiten.

De subsidie ondersteuning verduurzaming MKB gaat naar verwachting in het najaar 2021 van start en loopt door tot eind 2022. De regeling wordt onder verantwoordelijkheid van Ministerie van EZK uitgevoerd.

Circulair bouwen

Het Ministerie van BZK bevordert de toepassing van circulair bouwen als onderdeel van het Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie 2019-2023. Het Ministerie van BZK continueert in 2022 de uitvoering hiervan in samenwerking met partijen in de bouw en andere overheden voor het bereiken van de doelen van het programma Nederland circulair in 2050 (Kamerstukken II 2015/16, 32852, nr. 33). In 2022 worden wijzigingen geïmplementeerd voor de milieuprestatie van bouwwerken ten behoeve van enerzijds de implementatie van wijzigingen in de Europese norm (EN15804) en anderzijds de waardering van milieueffecten van de CO2-opslag van biobased materialen (Kamerstukken II 2019/20, 32852, nr. 94 en Aanhangsel van de Handelingen, 2020/21, nr. 1528).

Bouwregelgeving

Met inwerkingtreding van het stelsel van de Omgevingswet in 2022 zal het Bouwbesluit 2012 ingetrokken en opgevolgd worden door het Besluit bouwwerken leefomgeving. In 2022 en verder wordt gewerkt aan nieuwe wijzigingen van het Besluit bouwwerken leefomgeving en de implementatie daarvan, die nodig zijn in het kader van het actueel houden van de regelgeving, maatschappelijke en politieke ontwikkelingen en implementatie van Europese regelgeving. Daarbij kan gedacht worden aan de uitwerking van onderdelen van het Klimaatakkoord, onderdeel gebouwde omgeving, en diverse onderwerpen betreffende de brandveiligheid van gebouwen.

Stelsel certificeringwerkzaamhedenaan gasverbrandingsinstallaties

Per 1 oktober 2020 is het wettelijk stelsel certificeringwerkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties in werking getreden. Dit stelsel betreft werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties, zoals plaatsing, onderhoud en reparatie van cv-ketels, geisers en haarden inclusief de benodigde rookgasafvoer en luchttoevoer. Deze werkzaamheden mogen vanaf 1 april 2022 alleen nog worden uitgevoerd door bedrijven die daarvoor gecertificeerd zijn (Stb. 2020, 354).

Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen

In 2022 wordt de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (WKB) stapsgewijs ingevoerd (Kamerstukken II 2020/21, 32757, nr. 178). Het doel van de wet is het verbeteren van de bouwkwaliteit en het versterken van de positie van de bouwconsument. In het kader daarvan is in 2020 gestart met de oprichting van de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TloKB). Naar verwachting gaat de nieuwe ZBO TIoKB in het najaar 2021 van start. Deze organisatie heeft vooral een toezichthoudende functie. Tot aan inwerkingtreding van de Wkb kunnen alle betrokken partijen door middel van proefprojecten ervaring opdoen, zodat zij goed voorbereid zijn op het nieuwe stelsel. 

Minister van Binnenlandse Zaken (K. Ollongren)